Overgenomen uit het Algemeen Dagblad d.d. 14 juli 1993


Klauterpartij zonder einde

L'ALPE D'HUEZ - De eerste jaarvergadering van het Enschedese toerclubje Ou est le bidon? wordt - tegen de afspraak in - gehouden op het zonovergoten terras van bar Le Chamont. Er was, kort voor het begin van de loodzware klim naar L'Alpe d'Huez, door de negen leden namelijk afgesproken dat de bijeenkomst na de vermoeiende race naar het bergdorpje z'n beslag zou krijgen bij de eerste uitspanning rechts van de weg.

De debuterende Rutger, die in voetbalbroekje en op sportschoenen in één uur en vijf minuten als rapste de dertien venijnig klimmende kilometers heeft weggetrapt, blijkt echter voor bet eerste opdoemende etablissement aan de linkerzijde van het golvende en gloeiende asfalt te hebben gekozen. Waarna de rest zich, zonder noemenswaardige bezwaren, bij de keuze van de 'kopman' neerlegt. Inclusief Ronald, die voor de klauterpartij per fiets bijna een uur meer nodig heeft dan de snelste van de groep.

M'n maag kwam in opstand. Ik moest in de eerste bocht al overgeven", verklaart de laatste zijn ruime achterstand na de serie van 21 haarspeldbochten. "Nog een geluk dat je onderweg niet bent gaan zitten om even uit te blazen", verhaalt één van de anderen. "Dat overkwam hier een paar jaar geleden een jongen. Toen-ie na een minuut of wat weer overeind wilde krabbelen, had-ie zó'n plak asfalt aan z'n reet hangen. Het was die dag zó heet, dat spul was gewoon gesmolten."

Marmotte

Het toerclubje, voortgekomen uit het zaalvoetbalteam Ou est le ballon?, doet die dag de bekendste etappeplaats van de laatste twintig jaar Tour aan en is van plan de nog komende dagen te gebruiken om de Galibier, de Glandon en/of de Télégraphe te bedwingen. lndachtig de doelstelling van het negental, dat zich heeft voorgenomen ooit al die pieken op één dag te beklimmen. Zoals een kleine 5000 plezierfietsers dat enige weken geleden deed in de Marmotte, de ultieme uitdaging voor de toerrijders, die zich zo graag vereenzelvigen met de renners uit de tour met de grote T.

Behoudens dit jaar maken de toppers uit dat professionele gezelschap de krachtenslopende klim naar het bergdorp in een kwartiertje of drie. Ad, die even eerder als een echte etappewinnaar met de armen omhoog als voorlaatste is binnengekomen: "En dan hebben ze er al 170 kilometer door de bergen opzitten. We werden onderweg nog ingehaald door Theunisse en Harmeling. Die waren blijkbaar aan het trainen, en dat ging hard. Zeker achttien, negentien kilometer per uur. Terwijl wij amper boven de tien konden komen. Die gasten zagen er fit uit. Alsof ze halverwege waren opgestapt. Ze zweetten niet eens. Ik heb Theunisse trouwens niet één keer in het zadel zien zitten tijdens die klim. Hij stond alleen maar." Vult Ger aan: "Dat heb ook een paar keer gedaan. Náást m'n fiets..."

Steunend

Het negental verzwijgt aanvankelijk dat hun tijden niet helemaal te vergelijken zijn met de harde werkelijkbeid. Ze stappen steunend van de fiets, meteen na binnenkomst in het dorp. Terwijl hun grote voorbeelden pas 1,6 kilometer verder en een honderdtal meters hoger de finishlijn bereiken. Voorzitter Richard, die uiteindelijk de vergadering opent met het aanbieden van een rondje: "Daar gaan we straks nog wel even kijken." En Rutger, die eerder op de dag heeft meegeholpen de tent aan de voet van de berg op te zetten: "Ik stel voor dat we morgen weer naar beneden gaan en dat we dan overmorgen gaan proberen beklimming en afdaling in één dag te doen."

Het voorstel wordt weggestemd, want er moeten die dag nog foto's worden gemaakt. Dat kan alleen op de terugweg, want tijdens de klim hebben ze stuk voor stuk genoeg aan zichzelf gehad. Jur zal bij die gelegenheid en omdat hij net in ondertrouw is gegaan, de indianen-hoofdtooi weer opzetten, die eerder mensen naar het voorhoofd deed wijzen. Zonder ballon, want die is inmiddels gesneuveld in de hitte. "Weet je dat ik blij ben dat er bij ons geen mensen langs de kant staan? Als die met je mee zouden gaan hollen, lopen ze je zó voorbij. Alsof het al niet frusterend genoeg is dat je amper omhoog komt."

Zweetdoekje

"Ik heb bewust m'n zweetdoekje over de kilometerteller gelegd. Kon ik tenminste niet zien dat ie onder de tien stond", meldt Rutger, de nieuweling die doorgaans wordt gecoacht door Ad, maar zijn leermeester dit keer al na twintig meter heeft afgeschud. "En m'n Kermit werkte hier niet..."

Het gezelschap, voorzien van een nieuwe voorzitter, breekt op. Nadat eerst nog als wielerwijsheid is verkondigd dat een goeie klimmer met één hand z'n enkel moet kunnen omspannen." Willem: "Dan moet ik me laten opereren..." Eenstemmig wordt voor de terugkeer naar de camping beneden gekozen: "Daar doen we het uiteindelijk toch allemaal voor!"